Omgevingsvergunning
Wilt u iets veranderen aan uw omgeving? Bijvoorbeeld als u wilt verbouwen, een boom wilt kappen, zonnepanelen wilt plaatsen of iets wilt slopen. Dan heeft u soms een omgevingsvergunning (bouwvergunning) nodig.
We behandelen plannen en aanvragen in 2 fasen:
- vooroverlegfase (niet verplicht): dit is de eerste stap voordat u officieel een aanvraag indient. Als u een vooroverleg aanvraagt, hoeft u uw plan of idee nog niet helemaal gedetailleerd uit te werken. Het voordeel van een vooroverleg is dat u in een vroeg stadium te horen krijgt of uw plan wel of niet kan worden uitgevoerd.
- aanvraagfase omgevingsvergunning: in deze fase vraagt u een omgevingsvergunning aan.
Hoe vraag ik een omgevingsvergunning aan?
- Stap 1: Onderzoek of u een omgevingsvergunning nodig heeft
-
Of u een vergunning nodig heeft voor uw plan, kunt u checken via de online vergunningcheck van het Omgevingsloket. Hier kunt u zien voor welke activiteiten u een vergunning moet aanvragen of een melding moet doen.
Er zijn 3 mogelijkheden:
- uw plan heeft geen omgevingsvergunning nodig: U mag uw plan uitvoeren. Controleer wel of uw plan past binnen het omgevingsplan van de gemeente. De vergunningcheck is een hulpmiddel, maar biedt geen absolute zekerheid. Twijfelt u of u uw plan mag uitvoeren? Neem dan contact op met de gemeente.
- voor uw plan is een omgevingsvergunning nodig en alles is duidelijk: U hoeft geen vooroverleg met de gemeente te hebben en kunt meteen een vergunning aanvragen. Ga verder met de volgende stappen.
- voor uw plan is een omgevingsvergunning nodig, maar het past waarschijnlijk niet in het omgevingsplan: Het is verstandig om vooroverleg met de gemeente te hebben. De gemeente beoordeelt dan of uw plan past binnen het omgevingsplan. Let op dat u leges (kosten) betaalt voor het vooroverleg .
- Stap 2: Bekijk de actielijst
-
Heeft u een omgevingsvergunning nodig? Bekijk dan de actielijst die u krijgt na het invullen van de vergunningcheck. In dit document staat uitgelegd wat u moet regelen en waar u rekening mee moet houden.
- Stap 3: Bekijk de regels van het omgevingsplan
-
Via regels op de kaart kunt u alle geldende regels vinden van de gemeente voor uw omgeving.
- Stap 4: Vraag een vergunning aan
-
U kunt een vergunning aanvragen via het Omgevingsloket. Voor particulieren gaat dit via DigiD. Voor bedrijven via eHerkenning.
Voor het aanvragen van een omgevingsvergunning betaalt u kosten (leges). Deze kosten zijn afhankelijk van uw aanvraag. In de tarieventabel van de legesverordening staan alle kosten. U krijgt een rekening als uw aanvraag is behandeld.
- u vraagt een omgevingsvergunning aan
- uw (bouw)plan wordt getoetst aan allerlei wetten en regels, waaronder het omgevingsplan
- in bepaalde gevallen wordt uw (bouw)plan getoetst door de welstandscommissie
- bij een eenvoudige aanvraag ontvangt u binnen 8 weken bericht. Bij een uitgebreide aanvraag ontvangt u binnen 26 weken bericht. Een verlenging van 6 weken is mogelijk bij beide termijnen
Voorbeelden van plannen waarvoor u een omgevingsvergunning nodig heeft:
- bouwen of verbouwen van een woning of bedrijf
- plaatsen van een dakkapel
- kappen van een (monumentale) boom
- plaatsen van een aanbouw, een bijgebouw of uitbouw (bijvoorbeeld een erker, een tuinhuisje of een berging)
- slopen of verbouwen van een monument
- slopen
- schutting plaatsen
- maken van een uitrit
- plaatsen van zonnepanelen of windmolen
- enzovoort
Bij het aanvragen van een omgevingsvergunning, kunt u te maken krijgen met de welstandscommissie (Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit Medemblik). Deze commissie adviseert de gemeente of bouwwerken voldoen aan de welstands- en erfgoedeisen. Het gaat dan om:
- de passendheid van het bouwwerk in de omgeving
- de vorm en het uiterlijk
- het kleurgebruik
- het materiaalgebruik
Bespreek uw plannen voordat u een omgevingsvergunning aanvraagt met uw buren en andere belanghebbenden. Ook als er voor uw project geen vergunning nodig is.
- Stap 1: bedenk wie een belang hebben bij uw plan
-
Bedenk wie de belanghebbenden bij uw plan zijn, zodat u weet wie u moet betrekken. Dat zijn alle inwoners, bedrijven en organisaties die positief of negatief geraakt worden door uw plan. Niet iedereen hoeft het uiteindelijk eens te zijn met uw plan, maar als mensen zich gehoord voelen, vermindert dat wel de kans dat ze in een later stadium bezwaar maken. Samen kunt u wellicht tot oplossingen komen, waar u zich allebei in kunt vinden. Kijk ook verder dan direct omwonenden.
- Stap 2: ga in gesprek en maak goede afspraken
-
U kunt bijvoorbeeld een enquête houden, een bijeenkomst organiseren, één-op-éen gesprekken voeren en sociale media inzetten. Hierdoor komen vaak nieuwe inzichten en ideeën naar voren die uw plan beter kunnen laten aansluiten bij de omgeving. Vertel de belanghebbende over een aantal zaken:
- leg uit wat de wettelijke kaders zijn waaraan uw plan moet voldoen
- wees duidelijk over de fase van het initiatief. Leg uit dat u nog bezig bent met de planontwikkeling en nog een aanvraag voor een omgevingsvergunning moet indienen. Dat schept vertrouwen en voorkomt dat mensen denken dat alles al geregeld is
- wees helder over de ruimte die u belanghebbenden wilt geven. Mogen ze alleen advies geven of bent u bereid om echt samen met de buurt een plan te ontwikkelen (coproduceren)?
- leg uit hoe u de participatie wilt aanpakken, wat u met de uitkomsten gaat doen en wanneer de betrokkenen van u horen
- Stap 3: delen, uitwerken en toetsen
-
- deel alle ideeën, inzichten, zorgen en mogelijke oplossingen die uit de participatie zijn gekomen met alle betrokkenen
- werk uw plan met de input van de betrokkenen uit tot een conceptplan. Leg in een apart participatiedocument vast welke stappen u heeft ondernomen om alle belangen goed in kaart te brengen, welke inzichten dit heeft opgeleverd en wat u met de opbrengst heeft gedaan
- leg het conceptplan en het verslag van de participatie nog een keer voor aan alle betrokkenen. Dat voorkomt dat mensen later op hun uitspraken terugkomen. Geef ook aan wanneer u de aanvraag gaat indienen bij de gemeente
- Stap 4: pas eventueel uw plannen aan
-
Pas eventueel uw plannen aan. Deel dit ook met de groep. En vermeld dit ook in het participatiedocument.